donderdag 15 juni 2017

Projectbestuur voor implementatie Minamata Verdrag ingesteld door NIMOS

NIMOS-directeur Cedric Nelom: 'Je weet dat onze industrie van kwik afhankelijk is'


'Beleid' gericht op uitbannen kwik is een beleid van pappen en nathouden

15-06-2017  De Surinaamse Krant/Dagblad Suriname


Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS) is gisteren overgegaan tot de installatie van het projectbestuur voor de drie projecten, die in de komende periode worden uitgevoerd. Dit geschiedt allemaal in het kader van de implementatie van het Minamata Verdrag

Het NIMOS wil met zowel publieke als private organisaties kijken naar hoe er projecten kunnen worden uitgevoerd om kwikverbruik uit te bannen. Er is al een adviesdocument ontwikkeld om de eventuele effecten van het verdrag op Suriname vast te stellen. 'Dat is iets wat wij samen met alle stakeholders hebben gemaakt. In dit kader willen wij verder gaan met de uitvoering van de projecten. Het projectbestuur wordt hoofdzakelijk belast met de ondersteuning en uitvoering van bijvoorbeeld het verzamelen van informatie in de sector, aanpassen van wetgeving, enzovoorts', stelt NIMOS-directeur Cedric Nelom vandaag, donderdag 15 juni 2017, in het Dagblad Suriname.

In de afgelopen periode hebben critici ook hun ongenoegen geuit over de wijze waarop beleidsmakers omgaan met het probleem van kwikvervuiling. Dat het een probleem is welke aanpak vergt, is al sinds jaar en dag bekend. Echter vinden critici, dat er behalve conferenties en installaties van commissies en werkgroepen, niet veel wordt gedaan richting de aanpak van het probleem. Een simpel voorbeeld is de vergunningsplicht bij de importen van kwik. Echter is opmerkelijk, dat in de boeken van het ministerie van Handel Industrie & Toerisme geen importen te zien zijn. Dit, terwijl het publieksgeheim is dat kwik wordt verbruikt bij vooral mijnbouwactiviteiten. Het is een teken van het feit dat kwik het land wel binnenkomt.

Nelom kijkt positief naar dit soort van kritiek. Het houdt hem in ieder geval scherp om te beseffen dat zaken verdere aanpak verdienen. Hij merkte bij de opening van de installatie concreet aan dat Suriname intussen al rond de 30 milieuverdragen heeft getekend, maar tot nu toe geen plan voor klaar heeft liggen.

'Wat zeker het geval moet zijn, is dat wij niet te hard van stapel moeten zijn. In het geval van het Minamata Verdrag wordt kwik geleidelijk aan uitgebannen. Het zal niet beschikbaar zijn. Je weet dat onze industrie daarvan afhankelijk is. Je moet het zodanig inrichten dat er daarmee ook rekening wordt gehouden. Je moet zaken goed in kaart brengen, plannen en uitvoeren', beweert Nelom.

Hij merkt hiernaast ook op, dat indien het verbruik van kwik wordt tegengegaan, het ook bekend moet zijn van waar het afkomstig is. 'Als je dat niet weet, zul je gewoon een wet aannemen. Het is verboden om kwik te verbruiken, maar je hebt het probleem niet opgelost. Dat moeten wij samen met de private sector oplossen. Dit milieu proberen wij te creëren met onze activiteiten', aldus Nelom.

De kleinschalige goudmijnbouw dient volgens het Ontwikkelingsplan 2017-2021 geformaliseerd te worden om de inkomsten voor de Staat te garanderen in de vorm van royalty’s en belastingen. Inspanningen dienen hierbij gericht te zijn op het uitbannen van kwikgebruik ten gunste van het milieu en de gezondheid van de burgers.

Ter informatie:





Projectbestuur voor implementatie Minamata Verdrag ingesteld door NIMOS

NIMOS-directeur Cedric Nelom: 'Je weet dat onze industrie van kwik afhankelijk is'


'Beleid' gericht op uitbannen kwik is een beleid van pappen en nathouden

15-06-2017  De Surinaamse Krant/Dagblad Suriname


Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS) is gisteren overgegaan tot de installatie van het projectbestuur voor de drie projecten, die in de komende periode worden uitgevoerd. Dit geschiedt allemaal in het kader van de implementatie van het Minamata Verdrag

Het NIMOS wil met zowel publieke als private organisaties kijken naar hoe er projecten kunnen worden uitgevoerd om kwikverbruik uit te bannen. Er is al een adviesdocument ontwikkeld om de eventuele effecten van het verdrag op Suriname vast te stellen. 'Dat is iets wat wij samen met alle stakeholders hebben gemaakt. In dit kader willen wij verder gaan met de uitvoering van de projecten. Het projectbestuur wordt hoofdzakelijk belast met de ondersteuning en uitvoering van bijvoorbeeld het verzamelen van informatie in de sector, aanpassen van wetgeving, enzovoorts', stelt NIMOS-directeur Cedric Nelom vandaag, donderdag 15 juni 2017, in het Dagblad Suriname.

In de afgelopen periode hebben critici ook hun ongenoegen geuit over de wijze waarop beleidsmakers omgaan met het probleem van kwikvervuiling. Dat het een probleem is welke aanpak vergt, is al sinds jaar en dag bekend. Echter vinden critici, dat er behalve conferenties en installaties van commissies en werkgroepen, niet veel wordt gedaan richting de aanpak van het probleem. Een simpel voorbeeld is de vergunningsplicht bij de importen van kwik. Echter is opmerkelijk, dat in de boeken van het ministerie van Handel Industrie & Toerisme geen importen te zien zijn. Dit, terwijl het publieksgeheim is dat kwik wordt verbruikt bij vooral mijnbouwactiviteiten. Het is een teken van het feit dat kwik het land wel binnenkomt.

Nelom kijkt positief naar dit soort van kritiek. Het houdt hem in ieder geval scherp om te beseffen dat zaken verdere aanpak verdienen. Hij merkte bij de opening van de installatie concreet aan dat Suriname intussen al rond de 30 milieuverdragen heeft getekend, maar tot nu toe geen plan voor klaar heeft liggen.

'Wat zeker het geval moet zijn, is dat wij niet te hard van stapel moeten zijn. In het geval van het Minamata Verdrag wordt kwik geleidelijk aan uitgebannen. Het zal niet beschikbaar zijn. Je weet dat onze industrie daarvan afhankelijk is. Je moet het zodanig inrichten dat er daarmee ook rekening wordt gehouden. Je moet zaken goed in kaart brengen, plannen en uitvoeren', beweert Nelom.

Hij merkt hiernaast ook op, dat indien het verbruik van kwik wordt tegengegaan, het ook bekend moet zijn van waar het afkomstig is. 'Als je dat niet weet, zul je gewoon een wet aannemen. Het is verboden om kwik te verbruiken, maar je hebt het probleem niet opgelost. Dat moeten wij samen met de private sector oplossen. Dit milieu proberen wij te creëren met onze activiteiten', aldus Nelom.

De kleinschalige goudmijnbouw dient volgens het Ontwikkelingsplan 2017-2021 geformaliseerd te worden om de inkomsten voor de Staat te garanderen in de vorm van royalty’s en belastingen. Inspanningen dienen hierbij gericht te zijn op het uitbannen van kwikgebruik ten gunste van het milieu en de gezondheid van de burgers.

Ter informatie: