'Binnenland ervaart beleid goudordening als stiefmoederlijk en discriminerend'
'Toezichthouders en instituten mogen nooit meten met meer maten'
'Wanneer wordt opgetreden tegen goudpontons op stuwmeer?'
15-01-2015
Het BEP-Assembleelid Ronny Asabina zegt vandaag, donderdag 15 januari 2015, in het Dagblad Suriname, dat grote delen van de bewoners in het
binnenland het beleid op het gebied van de goudordening als
stiefmoederlijk en discriminerend ervaren. De politicus betreurt het ten
zeerste, dat de positieve wapenfeiten van de ordening zijn uitgebleven.
De ordening is uitgelopen op een totaal fiasco.
‘Het kan er bij mij niet in
dat, terwijl de regering weet dat het middel van bestaan in het
Sarakreekgebied bij uitstek de goudwinning is, niemand en nogmaals
niemand uit het gebied beschikt over een mijnbouwrecht. Naast de
aantasting en vervuiling van de biodiversiteit ervaren de bewoners ook
angst voor verdrijving en toenemend grootgrondbezit.’
Asabina laat een
ernstig waarschuwend geluid horen, dat de politie en andere
toezichthoudende organen en instituten nimmer mogen meewerken aan het
meten met meerdere maten.
‘Het bericht over de politie-invasie en aanhouding bij en van illegale
goudzoekers in het stuwmeergebied heeft mijn wenkbrauwen niet alleen
doen fronsen, maar ook mijn haren op mijn hoofd overeind doen staan’, zegt
Asabina. Volgens het bericht zijn illegale goudzoekers ter zake
overtreding van de Mijnbouwwet in verzekering gesteld.
‘Wat
overduidelijk waarneembaar, meetbaar en voelbaar is, is dat in deze
sector nog steeds op grove wijze met meerdere maten wordt gemeten’,
stelt de BEP'er. ‘Het is van kwaad tot erger geworden. Hiermee geef
ik aan dat hit en run, de macht van de sterkste, zweefteki, duistere
praktijken, nepotisme, botsende belangen en belangenverstrengeling de
sector nog steeds gegijzeld houden. Alle toezichthoudende organen en
instituten doen alsof hun neus bloedt. Ik denk hierbij aan de politie,
de Commissie Ordening Goudsector, plaatselijke bestuursdiensten en de
Geologische Mijnbouwkundige Dienst.’
Het bevreemdt Asabina ten zeerste, dat de politie aangeeft opgetreden te
hebben, omdat er gehandeld is in strijd met de Mijnbouwwet. ‘Wat de
samenleving moet weten en waarvan alle toezichthoudende organen op de
hoogte zijn, is dat nagenoeg alle concessionarissen handelen in strijd
met de vergunningsvoorschriften, zodanig dat het handelen een norm, een
traditie is geworden.’ Volgens de Mijnbouwwet en de op basis daarvan
verstrekte mijnbouwrechten mogen concessies niet onderverhuurd worden.
Ook op het gebied van milieu wordt in strijd met de
vergunningsvoorschriften gehandeld. In de praktijk van alledag is het
onderverhuren, waarbij derden tegen betaling op concessies van
concessionarissen mogen werken, schering en inslag.
Asabina heeft gisteren talloze telefoontjes ontvangen van gedupeerden.
Hij heeft persoonlijk gesproken met een aantal mannen uit het
Sarakreekgebied, waar de ontruiming en de aanhoudingen hebben
plaatsgevonden.
‘Ik heb van deze belanghebbenden begrepen, dat de
informatie op basis waarvan de politie heeft opgetreden voor een
belangrijk deel bezijden de waarheid is. Men zou actief zijn op het
stuwmeer en niet op vast land. Het zou een vertegenwoordiger van het
bedrijf Sarafina zelf zijn, die tegen hun zou hebben gezegd dat het gebied
waar men actief was, zou toebehoren aan Suralco en dat Suralco niemand
toestemming heeft gegeven en noch minder duldt op het stuwmeer met
goudwinningsactiviteiten. Vooral op grond hiervan, is het heel raar bij
hun overgekomen om plotseling te vernemen dat zij actief waren in het
concessiegebied van Sarafina. Zij vragen zich af sinds wanneer deze
onderneming toestemming heeft en over mijnbouwrechten beschikt om ter
plekke aan goudwinning te doen.’
Asabina stelt ook duidelijk dat de
Mijnbouwwet niet voorziet in de winning van goud op de bodem van het
stuwmeer. Wat ook opvalt, is dat niet de Commissie Ordening Goudsector,
maar het Korps Politie Suriname de operatie heeft uitgevoerd.
De BEP-parlementariër blijft erbij, dat in de goudsector inhalige elites
in alle rust, hun slag mogen slaan. Hij vindt het ook jammer dat een
cultuur van ‘de macht van de sterkste’ gevoed en in stand gehouden
wordt door instanties die voor orde, rust en veiligheid moeten zorgen.
‘Ter illustratie geef ik aan dat vorig jaar tijdens een bezoek van de
president aan het dorp Nieuw Koffiekamp het traditioneel gezag van Brokopondo
onder de aandacht van de president had gebracht dat mega goudpontons
(skalians) actief waren op de bodem van ons stuwmeer. Bij deze
gelegenheid waren onder meer alle Assembleeleden van Brokopondo, de minister
van Justitie en Politie, de minister van Defensie, de districtscommissaris van Brokopondo, de
korpschef en de bevelhebber van het Nationaal Leger aanwezig. Tot de dag
van vandaag zwijgt de regering in alle talen, doet de regering alsof
haar neus bloed, en treedt de politie, noch de Commissie Ordening
Goudsector, op tegen het ongebreideld en ongecontroleerd mijnen op de
bodem van ons stuwmeer.’
Volgens harde bewijzen, waarover Asabina
beschikt, zijn er meer dan acht skalians actief op het
stuwmeer. Ook de concessionaris van het stuwmeer, in deze Suralco, zit
met de handen in het haar. ‘Een door dit bedrijf geïnitieerde en
gehouden gran krutu in oktober 2013 te Brokopondo heeft geen zoden aan
de dijk gelegd en dus aan deze illegale, zorgwekkende en alarmerende
situatie geen enkele verandering gebracht. Met andere woorden hebben de
districtscommissaris van Brokopondo, de Commissie Ordening Goudsector en de minister van
Natuurlijke Hulpbronnen niet opgetreden.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten