Lokale porknokkers en Braziliaanse garimpeiros voerden de afgelopen jaren een voortdurende strijd tegen de Canadese goudmijnmultinational IAmGold, eigenaar van de Rosebel Gold Mines (RGM) te Brokopondo.
- Goud werd voor het eerst ontdekt in het Rosebelgebied in 1879 toen zo’n zeshonderd kleinschalige goudzoekers aan het werk waren in dat gebied. Sinds de ontdekking van goud, heeft het gebied zowel publieke als private eigenaren gehad. De meest opvallende private eigenaren waren Placer Development uit het Canadese Vancouver van 1974 tot 1977, de Grasshopper Aluminum Company van 1979 tot 1985 en het Canadese Golden Star Resources Ltd. die in 1992 exploratierecht voor het gebied kreeg. In 1994 werd een overeenkomst gesloten tussen Golden Star, Grassalco en de regering van Suriname ter vervanging van de in 1992 gesloten exploratie overeenkomst en Golden Star kreeg vijf jaar het recht recht op exploratie van het Rosebelgebied.
Bewoners van de inheemse Marrongemeenschappen vroegen in maart 1995 aan de regering om een einde te maken aan de schendingen van hun rechten. Volgens de Marrons vormde het overheidsbeleid een bedreiging voor het bestaan van met name de gemeenschap van Nieuw Koffiekamp.
De Marrons zeiden vooral het slachtoffer te worden van de praktijken van het Canadese goudexploratiebedrijf Golden Star. De directie van Golden Star zou de Koffiekampers te verstaan hebben gegeven dat zij zich niet langer vrij mochten begeven buiten hun dorp. Ook werd het de Marrons door gewapende mannen van Golden Star onmogelijk gemaakt zich binnen de eigen economische zone te begeven. Het is de Marrons al jaren een doorn in het oog dat de Surinaamse regering zonder overleg concessies geeft aan, veelal buitenlandse, investeerders. In 1994 kreeg het Canadese Cambior een vijftig procents belang in het project. Een haalbaarheidsstudie en een milieu-effectrapport werden in 1997 ingeleverd bij de Surinaamse regering. Een pre-haalbaarheidsstudie werd in december 2000 ingediend bij het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en een definitieve haalbaarheidsstudie werd voltooid in augustus 2002. In oktober 2001 verwierf Cambior het resterende vijftig procents belang in Golden Star's Rosebel goudmijn. In navolging daarvan bracht Golden Star haar rechten op Headly’s Reef en Thunder Mountain exploratieconcessies over naar de Rosebel Gold Mines NV. De commerciële productie begon in februari 2004 en IAmGold nam eind 2006 Cambior over, waardoor zij eigenaar werd van de Rosebel Gold Mines. -Bron: IAmGold-
- Cambior en Golden Star waren overigens in augustus 1995 in opspraak geraakt in Guyana als eigenaren van de Omai goudmijn, ongeveer 160 kilometer ten zuidwesten van de hoofdstad Georgetown. Door het breken van een dam op het terrein van de mijn ontstond een enorme cyanidevervuiling van de Omai rivier die uitkomt op de Essequibo-rivier. Naar schatting belandde zo’n 12.5 miljoen kubieke meter met cyanide verontreinigd afvalwater in de rivieren. In het water dreven binnen korte tijd talloze dode vissen en zwijnen. President Jagan van Guyana riep meteen de getroffen omgeving uit tot ecologisch rampgebied. Cyanide wordt gebruikt om goud van erts te scheiden. Afvalwater wordt opgevangen in grote bezinkbekkens, waarvan er een lek was geraakt. Een paar dagen na de ontdekking van het cyanidelek slaagden ingenieurs erin het weglekken van het zwaar giftig afvalwater in de Omai- en Essequibo-rivier te stoppen. Ze legden een nieuwe dam aan rond het opslagbekken voor het afvalwater, dat een hoge concentratie cyanide bevatte. Volgens de Guyanese media werden twee mensen ziek als gevolg van de vergiftiging van de rivier. De Guyaanse regering en de Britse milieugroep Minewatch beschuldigden Omai Gold Mines Ltd., de Canadese eigenaar van de goudmijn, ervan het ongeluk door nalatigheid te hebben veroorzaakt. Zoals zo vaak het geval is bij dergelijke door mijnbouw veroorzaakte natuurrampen, werden ook deze cyanidelek en de gevolgen voor de natuur door de goudmijn gebagatelliseerd. Er zou geen belangrijke schade aan de rivieren zijn toegebracht en er zou geen bewijs zijn geweest voor verlies van fauna. Drie maanden eerder zou er ook al een cyanidelekkage in de goudmijn zijn geweest. De ‘general manager’ van de Omai goudmijn zei zelfs ‘er was geen ramp’. ‘De hoeveelheid sodium cyanide die in de rivieren terecht kwam, was onbeduidend. Toen een regerings inspectieteam de mijn bezocht, was er geen dode vis te zien. Wat er gebeurd is was ‘peanuts’. Het was een ongelukkig incident. We moeten ermee leven, maar het heeft niet de dimensie die de regering eraan geeft. En, trouwens, Guyana heeft niet eens een werkbare milieubeschermingswet of welk monitoring systeem dan ook. Desondanks, en ik herhaal, het was slechts ‘peanuts’. -
Goudzoekers waren illegaal aan het werk in het concessiegebied van de mijn. Natuurlijk was de directie van Rosebel Gold Mines daar niet van gediend. Met regelmaat werd dan ook strijd geleverd om de illegalen uit het concessiegebied te verwijderen, met zachte of met harde hand, met overleg of zonder overleg. Het was een kat- en muisspel. Maar, tegen een kat is het als muis moeilijk vechten en welhaast altijd een verloren strijd. Vaak stonden in die strijd het dorp Nieuw Koffiekamp en de gemeenschap Brownsweg centraal, waar veel porknokkers vandaan kwamen. Nieuw Koffiekamp ligt in het concessiegebied van de Rosebel mijn.
Voor een vrij recent overzicht van conflictsituaties tussen kleinschalige goudzoekers en de Canadese goudmijnmultinational volgt hieronder een reeks gebeurtenissen en incidenten sinds oktober 2006. Zij geven een goed beeld van de constante strijd van kleine goudzoekers en een oppermachtig buitenlands goudmijnbedrijf - het Canadese IAmGold - , dat een goudmijn in beheer heeft – Rosebel Gold Mines (RGM)- met een totale oppervlakte van maar liefst honderdzeventig vierkante kilometer niet ver van het Brokopondo stuwmeer.
Een groep Braziliaanse goudzoekers verliet, na diverse malen te zijn aangemaand door de beveiliging van de Rosebel goudmijn, half oktober 2006 het Rosebel Gold Mines concessiegebied. Het ging om vier groepen met in totaal ruim vijfenveertig goudzoekers, waarvan de meesten illegaal aan het werk waren. Zij waren aan het werk in een gebied dat bekend staat onder de naam Kraboedoin kilometer zestien. Er zouden ook Surinamers, ruim twintig man verdeeld over eveneens drie groepen, aan het werk zijn geweest in het gebied die ook werden verzocht om het gebied te verlaten. Bij het vertrek van de garimpeiros waren beveiligers van RGM aanwezig. Sommige van die beveiligingsmedewerkers hadden politiebevoegdheden en dienden zelfs als buitengewoon agent van politie.
De komst van de gigantische Rosebel goudmijn was een klap in het gezicht van de porknokkers te Brownsweg.
(Brownsweg is een dorp en ressort in Suriname in het district Brokopondo. Het dorp is genoemd naar de weg die leidt naar de Brownsberg en gelijknamig natuurpark en ligt vlak naast het Brokopondostuwmeer. Brownsweg is gebouwd als transmigratiedorp voor de bewoners van het gebied dat door de aanleg van de Afobakadam stuwdam onder water kwam te liggen. In Brownsweg wonen voornamelijk marrons of bosnegers.)
Het inkomen van de goudzoekers was volledig weggevallen, omdat hun hele mijnbouwgebied in concessie was uitgegeven aan Rosebel Gold Mines. De porknokkers dreigden de weg naar hun gemeenschap te blokkeren. Zij wilden naar goud blijven zoeken in de directe omgeving van Brownsweg.
Een van de basja’s, Finisie James, had zelfs over de kwestie met minister Michel Felisie van het ministerie van Regionale Ontwikkeling gesproken. In dat gesprek werd de minister duidelijk, dat er niet alleen ontevredenheid heerste onder leden van de lokale goudzoekersorganisatie N.V. Gowtuman, maar ook onder een groep ‘losse’ porknokkers die niet verenigd was in de N.V.. Felisie was niet blij met die situatie: ‘Momenteel wordt er gewerkt aan een eigen concessie voor de N.V. Gowtuman. De locatie is reeds aangegeven. De Geologische Mijnbouwkundige Dienst van Natuurlijke Hulpbronnen is ingezet om het geheel te coördineren. N.V. Gowtuman heeft intussen toestemming om in een aangewezen gedoogzone mijnactiviteiten te ontplooien. N.V. Gowtuman telt twaalf kleine gouddelvingsbedrijven.’ De minister was overigens alleen op de hoogte van de ontevredenheid onder leden van de N.V. Gowtuman. ‘Uit vorige gesprekken hadden wij juist begrepen dat al de kleine gouddelvers van Brownsweg zich hadden gebundeld in N.V. Gowtuman. Nu blijkt dat er een andere groep porknokkers bestaat die niet verenigd is in N.V. Gowtuman. Momenteel wordt er gewerkt aan een eigen concessie voor N.V. Gowtuman, die uit twaalf kleine gouddelvingsbedrijven, bestaat’.
Porknokker Donoe en hoofd Beveiliging IAmGold èn majoor Goerdajal spelen centrale rol in conflicten
In het derde kwartaal van 2007 kwam er plotseling een verandering in het gedrag van Rosebel Gold Mines. Maar, deze verandering gold alleen voor die personen die landbouw of andere economische activiteiten ontwikkelden in het goudconcessiegebied van de goudmijn te Brokopondo. Het winnen van goud werd door de directie van de mijn echter nog steeds niet toestaan. Dit werd door majoor Pertabsing Goerdajal, chef Beveiliging bij Rosebel, in een gesprek met journalisten bevestigd.
Op het moment van zijn uitlatingen was er een conflict tussen de mijn en porknokker Karel Donoe, die werkzaam was met Braziliaanse garimpeiros in het RGM concessiegebied. De man weigerde te vertrekken van een stuk terrein in het zogenoemde Headley’s Block van de RGM concessie. De illegale porknokker vroeg in juli 2003 tweehonderd hectare grond aan bij de autoriteiten om aan kleinmijnbouw te doen, maar de overheid heeft nimmer gereageerd. Volgens Donoe had hij al drie jaren lang landbouw als hoofdactiviteit die hij financierde met opbrengsten uit de goudwinning. Ter plekke was echter alleen een opengekapt stuk bos met een paar jonge cocosplantjes. De directie van de goudmijn beweerde echter dat Donoe’s landbouwproject enkel en alleen een soort dekmantel was om naar goud te kunnen zoeken. Een deel van het verhaal van Donoe bleek op waarheid te berusten. Hij nam deel aan een proefproject in het kader van het Wereld Natuur Fonds (WWF) Duurzaam Werkgelegenheidsproject te Brownsweg, dat startte in oktober 2006. De uitvoerder was het Inter American Institute for Cooperation in Agriculture (IICA) en het project werd door het WWF gefinancierd. Met het project werd getracht de lokale bewoners van Brownsweg op een legale manier van inkomen te voorzien. De bewoners kwamen vooral aan geld uit illegale activiteiten zoals de handel in dieren, het winnen van goud en kappen van hout. Volgens het WWF Guianas zou uit officiële stukken gebleken hebben dat Donoe tussen 2003 en 2005 een goudwinningsconcessie had voor het betreffende stuk grond. Die concessie kwam echter te vervallen op het moment dat hij in 2004 voor hetzelfde stuk grond grondhuur aanvroeg voor duurzame landbouw. Donoe deed dus tot 2005 aan goudwinning, tot het moment dat hij ging participeren in het Wereldnatuurfonds-IICA project. Volgens medewerkers van Rosebel had Donoe op haar concessie vier goudputten laten graven en iedere put zou tussen één en anderhalve kilo goud opleveren. Eind september 2007 bleek Donoe te zijn verdwenen uit het concessiegebied van Rosebel Gold Mines.
IAmGold - en dus haar juweeltje de Rosebel goudmijn - werd op 2 december 2007 plotseling het doelwit van een groep jongeren – niet meer dan twintig - uit Nieuw Koffiekamp. Zij blokkeerden de toegangsweg tot de mijn, omdat het Canadese bedrijf niet wilde dat zij naar goud gingen zoeken in haar concessiegebied. De jongeren beweerden dat het goudmijnbedrijf hen toestemming had gegeven om goud te delven. IAmGold vermoedde dat de jongeren niet als goudzoekers stonden geregistreerd en daarom geen plek toegewezen hadden gekregen om goud te mijnen. Er waren ook jongeren uit het dorp die wel in het Rosebel concessiegebied werkten, onder begeleiding van IAmGold.
De actie om de weg te barricaderen viel verkeerd bij dorpskapitein Ludwich Wijnerman die er niets van begreep. Een dag later kregen de opstandige jongeren alsnog van IAmGold toestemming om goud te delven. In een verklaring lieten de jongeren weten: ‘Wij mogen onder begeleiding van de maatschappij mijnen in het gebied dat we hebben ontdekt en waar we graag willen mijnen.’
Volgens de public relations man van IAmGold’s Rosebel Gold Mines, Roy van Aerde, kon niet gesproken worden over een succes voor de actievoerende jongeren, maar over ‘een understanding’ tussen partijen. Maar, natuurlijk kon wel gesproken worden over een overwinning van de jeugd op de Canadese goudmijnreus en over een verliespartij van IAmGold. Naar aanleiding de van problemen tussen porknokkers, garimpeiros en IAmGold liet de politie te Brokpondo weten dat er geen enkele vorm van controle was op de goudvelden en wat zich daar allemaal afspeelde. ‘Informaties uit de goudvelden bereiken ons vaak via benadeelde gouddelvers, of personen die uit het gebied komen’, aldus enkele anonieme politiemannen tegenover de Times of Suriname van 5 december 2007. Gewestelijk politiecommandant Felixdaal van Brokopondo zei niet over voldoende manschappen te beschikken en niet over materieel om op een professionele manier het gebied in te kunnen gaan. ‘Een all terrain vehicle hebben wij niet om op gemakkelijke wijze de velden te bereiken, maar wel beschikt de dienst over een boot.’
De districtscommissaris van Brokopondo, Verno Pryor, vond dat zijn district in 2007 meer had moeten halen uit IAmGold. In een vraaggesprek met een journalist van de Times of Suriname op 27 december 2007 vroeg hij zich af waarom dorpen apart moesten gaan onderhandelen met het Canadese bedrijf en per dorp samenwerkingsverbanden ondertekenen.
‘Als het district een onderhandelingsorgaan vormt dat namens alle dorpen met de multinational onderhandelt, staan wij sterker, en kunnen wij meer eruit halen. Ik zeg niet dat de bestaande dorpscommissies die in contact staan met de afdeling Community Relations van de maatschappij moeten verdwijnen, maar er moet een districtsoverlegorgaan in het leven geroepen worden’, aldus Pryor.
De dorpen Balingsoela, Brownsweg, Nieuw Lombe, Nieuw Koffiekamp, Marshallkreek en Klaaskreek hadden ieder een samenwerkingsverband ondertekend met IAmGold.
Het bedrijf maakte begin april 2008 bekend dat porknokkers uit Nieuw Koffiekamp. die lid waren van de jongerenvereniging Makamboa, op 31 mei het Rosebel concessiegebied verlaten moesten hebben. Makamboa had in 2004 van IAmGold een gedoogzone toegewezen gekregen, ‘Broko futu’. De jongeren werden toen geholpen door het WWF Guianas en de Geologische Mijnbouwkundige Dienst. De jonge porknokkers kregen onder andere les in het op een natuurvriendelijke, kwikvrije manier van goudwinnen. Volgens IAmGold waren de reservegebieden waar de jongeren van Nieuw Koffiekamp gedoogd werden, echter uitgeput. De jongeren trokken naar nieuwe locaties, waar zij niet mochten mijnen. Volgens de veelal jonge porknokkers waren er voldoende gebieden waarin Rosebel Gold Mines niet geïnteresseerd was en daar zouden de leden van Makamboa ongestoord kunnen mijnen. In totaal werkten ongeveer tweehonderd mensen in een gedoogzone bij het gebied Koolhoven en de Lowekriki.
IAmGold trok zich echter niets aan van de kritische geluiden van porknokkers en ging door met haar ontruimingen. Het bedrijf liet op 7 april 2008 twee illegale gouddelverskampen op haar concessie vernietigen, daarbij gadeslagen door de politie. Veiligheidsfunctionarissen van IAmGold sneden met kettingzagen de steunbalken van de optrekjes door en trokken de bouwsels omver. De goudzoekers, voor het overgrote deel garimpeiros en personen uit het Brownsweggebied, mochten eerst nog snel persoonlijke eigendommen uit de kampen halen. De actie vond plaats langs de weg naar Atjoni, ter hoogte van kilometer 16. De kampen stonden bij diepe kraters, gegraven door grote graafmachines , waar met pompinstallaties en kwik goud werd gewonnen. Allerlei werktuigen werden door veiligheidsmensen van het Canadese bedrijf in beslag genomen. De ontruimde kampen zouden hebben toebehoord aan de alom bekende goudzoeker Karel Donoe. Onder de geruimde kleinschalige goudzoekers klonk ongenoegen over de actie. Het gevoel leefde dat concessies zouden worden weggegeven aan buitenlanders en dat Surinamers zou worden verboden er te mijnen. Donoe was ruim een jaar eerder ook al verwijderd van de concessie, maar keerde terug. Nu was hij niet aanwezig.
De ontruimingsactie door IAmGold was voor de traditionele gezagsdragers van Brownsweg en omgeving - verenigd in de Organisatie van Dignitarissen van Brownsweg (OBD) – reden om duidelijkheid te verlangen over de exacte grootte van het concessiegebied van IAmGold in Brokopondo. ‘Met tijd en seconde a concessie ey brei uit’, aldus een geïrriteerde kapitein Justus Leidsman van Ganzee tijdens een ontmoeting met de pers in het Kruto Oso te Brownsweg. De gezagsdragers eisten van zowel IAmGold als de regering dat zij naar een duurzame oplossing zouden gaan zoeken, die het mogelijk moest maken dat beide partijen ongestoord naast elkaar konden werken. Leidsman zag graag een herverdeling van de goudrijke gebieden. Verder vonden zij het onbegrijpelijk dat Karel Donoe bij kilometer zestien (vanuit Brownsweg) was ontruimd. Dat gebied zou niet tot het concessiegebied van de Rosebel hebben behoord. De goudzoeker zou niet binnen de ‘broekvorm,’ die de zeventienduizend hectare concessie van de multinational markeerde, zijn geweest. Desondanks bleef IAmGold, volgens de gezagsdragers, loeren op Donoe en zijn kampen afbreken, terwijl illegale porknokkers en garimpeiros met rust werden gelaten.
De Ware Tijd gooide 15 april 2008 olie op het al rokende vuurtje tussen IAmGold en porknokkers en garimpeiros door in een artikel te beweren dat ‘een militaire topper en een functionaris van Rosebel Gold Mines’ stevige concurrentie van de illegale lokale gouddelvers’ ondervonden. ‘De militair heeft zelf twee nieuwe sets goudmachines in actie in de goudvelden en de RGM-man zet zijn zwaar materieel in waarmee beide heren grof geld verdienen’, aldus de krant. De krant ging ver in het artikel door zelfs te stellen dat IAmGold ‘razzia’s’ hield ‘op gouddelvers die de regels van het tweetal niet in acht nemen.’ De krant beweerde verder dat porknokkers ‘voorspellen dat de militair en zijn ‘RGM-compagnon’ hun eigen belangen zullen veiligstellen en hun inkomsten garanderen. “Dan pas gaan we zien, waartoe we in staat zijn”, zegt een gouddelver.’ Het artikel liet anonieme goudzoekers aan het woord die beweerden dat er porknokkers in het gebied werkzaam waren in dienst van militairen, onder andere te Klaaskreek. De porknokkers waren ervan overtuigd dat recente ontruimingsacties van IAmGold alleen bedoeld waren om Donoe te verwijderen en niet om goudwinning in het concessiegebied te beëindigen. Een functionaris van RGM zou, aldus De Ware Tijd, zijn graafmachine hebben ingezet voor illegalen, die bij razzia’s ongemoeid werden gelaten. Ook waren hun kampen nooit afgebroken of afgebrand zoals bij anderen het geval was. In alle gevallen ging het om personen die geen affiniteit met het district en het binnenland hadden, aldus de krant.
Het is in de Surinaamse media vrij gebruikelijk en welhaast normaal om in berichtgeving af te gaan op anonieme verklaringen, bronnen, en om in het midden te laten hoe een journalist of verslaggever aan zijn of haar informatie is gekomen. Te snel worden oordelen geveld en conclusies getrokken door journalisten en verslaggevers, zonder zich eerst ervan te vergewissen of de ontvangen of verkregen informatie wel juist is. Stemmingmakerij is in de Surinaamse samenleving en dus ook in de media niet ongewoon.
Rosebel Gold Mines ging na het verstrijken op 31 mei 2008 van de aan illegaal in haar concessiegebied werkende porknokkers van Nieuw Koffiekamp opgelegde termijn om het gebied per die datum te verlaten, niet over tot ontruiming. De publiciteitsman van de Rosebel goudmijn, Roy van Aerde, gaf als verklaring dat IAmGold het wilde gaan proberen met praten. Maar, alleen praten met diè porknokkers die niet waren verwijderd uit het gebied. De jonge porknokkers van organisatie Makamboa hadden de Canadezen echter tot eind 2008 om uitstel gevraagd. Volgens de jongeren wilden zij financiële reserves opbouwen ‘om te kunnen investeren in andere, duurzame sectoren om een blijvend middel van bestaan te krijgen’. Maar, van uitstel zou volgens Van Aerde geen sprake zijn. De porknokkers werkten in gebieden die door IAmGold voor exploratie aangemerkt waren. De veel besproken goudzoeker Karel Donoe was weer aan het werk in het Rosebel concessiegebied. Hij beek zich schriftelijk te hebben verontschuldigd tegenover het hoofd Beveiliging van de Rosebel, majoor Pertabsing Goerdajal, voor zijn eenmansverzet om te mogen mijnen.
De ontruimingen door IAmGold van illegale goudzoekers uit haar concessiegebied leidden medio juli weer tot de nodige kritieken. In de krant Times of Suriname van 18 juli 2008 zei hoofdkapitein Eddy Fonki van Nieuw Lombé dat IAmGold zich niet als een gast gedroeg, ‘maar demonstreert de ware eigenaar te zijn van het district Brokopondo’. Fonki: ‘Als de centrale overheid ons gekend had tijdens de onderhandelingen om te komen tot het weggeven van het gebied aan de multinational zouden wij wel rekening hebben gehouden met de mensen van het district. Omdat met ons geen rekening is gehouden vinden nu zulke taferelen plaats. Nu worden wij weggejaagd uit plaatsen uit ons eigen district, wat te danken is aan de centrale overheid.’ Fonki wilde dat de regering met de porknokkers in overleg ging om een oplossing te zoeken. Overigens hadden ruim vierhonderd illegale goudzoekers van het Canadese IAmGold nieuwe werkplekken toegewezen gekregen in het gebied van de Mamakreek. Deze grote groep porknokkers was eerder door de multinational uit het gebied verwijderd, toen ze met hun werkzaamheden het exploitatiegebied van de maatschappij naderden. ‘We werken met explosieven en het is voor de maatschappij niet meer te controleren of anderen dichtbij werken’, aldus een medewerker van IAmGold tegenover journalisten. De Canadezen gingen speciaal een weg naar het nieuwe werkgebied aanleggen.
Brokopondo komt tot ontploffing
Een maand later kwam het echter tot een lang verwachte ontploffing in de relatie tussen IAmGold en porknokkers in Brokopondo, toen het bedrijf overging tot het ontruimen van porknokkers op de locaties Siksie fase 1 en 2. Volgens een bericht in De Ware Tijd van 15 augustus 2008 was voor de bewoners de maat vol. ‘Meer dan 200 jongelui zijn in één keer brodeloos gemaakt. Willekeur, favoritisme, corruptie en gewelddadig optreden tegen gedoogde porknokkers binnen de goudconcessie van de multinational zijn de oorzaak van frustraties en verbijstering onder de bewoners van dit district’, aldus de krant. De frustratie en woede onder vooral jongeren in het district, waren vooral gericht tegen een legerofficier die al een aantal jaren door het Nationaal Leger ter beschikking was gesteld aan IAmGold om de dynamietvoorraad van de multinational binnen het terrein van de Rosebel goudmijn te beveiligen. Volgens De Ware Tijd ging het om de chef Veiligheid bij IAmGold. De krant omschreef dat als frappant, maar vermeldde niet de naam van die man: Pertabsing Goerdajal. Opvallend was de wijze waarop De Ware Tijd de ontruiming van Siksie fase 1 en 2 verwoordde. Uit de tekst had de lezer af kunnen leiden dat een verslaggever van de krant getuige was geweest van de ‘verrassingsaanval’ van de legerofficier: ‘Verlaten goudvelden geven een triest beeld van met kettingzagen neergehaalde en afgebrande kampen. Zuigslangen, PVC-buizen, machines en andere attributen liggen verspreid en onbeheerd op de grond. Equipement is in beslag genomen, persoonlijke spullen, voedingsmiddelen en goudweegschalen worden eveneens vermist. Dit is het gevolg van een uitgevoerde verrassingsaanval van de legerofficier met een zwaarbewapende eenheid van dertig personen, bestaande uit leden van het Arrestatie Team, veiligheidspersoneel van IAmGold, en militairen op verschillende locaties waar porknokkers goudwinningsactiviteiten ontplooien.’
De verslaggever trachtte ook een dramatisch beeld neer te zetten van de verslagenheid onder ontruimde porknokkers: ‘Overal zijn de frustratie en teleurstelling op de gezichten van de jongelui te merken, die noodgedwongen mismoedig hun spullen opruimen. “Voor ons is de maat vol. We kunnen niet anders, hoe moeten we dan verder leven zonder werk”, zegt porknokker Dennis. Samen met zijn collega’s Benito, Clifton en Finkie zit hij verslagen op de kruising van de weg naar Nieuw Koffiekamp en de werklocatie Siksie fase 2.’ Een van de goudzoekers, Eddy Wee Wee, beweerde zelfs dat het een persoonlijke actie van de legerofficier tegen hem was: ‘Wat mijn persoon betreft gaat het om een persoonlijke afrekening.’ De legerofficier zou hem eerder hebben bedreigd met maatregelen, omdat hij altijd geweigerd had commissie aan hem af te dragen. Wee Wee: ‘Sinds zijn aanstelling heeft hij er een gewoonte van gemaakt een commissie te vragen en wie weigert wordt op een gewelddadige manier verwijderd.’
De legerleiding wist niet hoe snel zij zich moest distantiëren van alle door majoor Goerdajal uitgevoerde werkzaamheden in het concessiegebied van IAmGold. Goerdajal stond bij het Nationaal Leger geregistreerd als hoofd van de afdeling G3, belast met trainingen binnen het leger. ‘Goerdajal heeft van het leger niets te zoeken in Brokopondo en heeft er ook geen standplaats’, aldus een legerwoordvoerder. Volgens hem zette de legerofficier de soevereiniteit van Suriname op het spel, nu gebleken was dat hij als actief dienende legerofficier in dienst was van een buitenlands bedrijf.
(In februari 2010 werd Goerdajal door IAmGold ontslagen. Media berichtten dat ‘onzuivere praktijken’ (afpersing, vernieling, mishandeling zouden hebben geleid tot zijn vertrek. Volgens het ministerie van Defensie zou hij enige tijd eerder zijn beroep als majoor in het leger hebben verruild voor een baan bij IAmGold. De man trachtte tevergeefs weer in dienst te treden al fulltime majoor bij het Nationaal Leger van Suriname. Enkele officieren hadden echter al hun ernstig misnoegen geuit over zijn mogelijke terugkomst.)
Ondertussen ging het kat- en muisspel tussen de Rosebel en porknokkers onverminderd voort. De zogenoemde ‘Eenheid Speciale Diensten’ van de veiligheidsdienst van Rosebel Gold Mines betrapten op zaterdag 13 september 2008 drie illegale porknokkers die afkomstig waren uit Ganzee, Biroedoe en Wakibasoe. De veiligheidsmensen namen diverse materialen in beslag, waaronder waterpompen, waterslangen, pikhouwelen, brandstof, zogenoemde goudmatten en schoppen. De goudmatten, uit spoelbakken, werden opgestuurd naar het bedrijfslaboratorium van de Rosebel goudmijn om het in de matten aanwezige eventuele goud te verwerken. Eén van de veiligheidsmannen beklaagde zich erover dat ondanks een uitgevoerde Clean Sweep-operatie porknokkers kennelijk toch alles weer aan hun laars lapten en zijn teruggekeerd in het gebied. Dat is een vaak terugkerend probleem: uit bepaalde gebieden verwijderde illegale goudzoekers die na korte tijd gewoon weer terugkeren om hun goudzoekactiviteiten voort te zetten. Porknokkers blijken nauwelijks respect te hebben voor wet- en regelgeving. Zij worden gedreven door een zucht naar goud, wellicht ook naar een vleugje avontuur, maar zeker naar harde – Amerikaanse – dollars.
Makamboa zoekt confrontatie met IAmGold
Zo’n zestig leden van de goudzoekersorganisatie Makamboa uit Nieuw Koffiekamp bezetten op 28 januari 2009 de weg naar IAmGold vanaf de kruising met de Weg naar Brownsweg. De groep kleinschalige goudzoekers ging tot deze kortdurende actie over uit onvrede o ver de manier waarop het Canadese goudmijnbedrijf met hun belangen zou zijn omgegaan. Daarenboven zegden de ontevreden goudzoekers het vertrouwen op in de beveiliging van het bedrijf, omdat die op eigen houtje zou hebben gehandeld. Maandenlange onderhandelingen om te komen tot een aangewezen plek binnen het concessiegebied van IAmGold, hadden niets opgeleverd. De porknokkers zouden grote verliezen hebben geleden, omdat eerder gemaakte afspraken om te mijnen in bepaalde aangewezen gebieden, niet zouden zijn nagekomen. De security van IAmGold verwijderde de porknokkers uit haar gebied. Om de rust weer snel te laten terugkeren, beloofde de leiding van het bedrijf een snelle oplossing. De goudzoekers hoopten dat de leiding in staat zou zijn hen formeel een plaats toe te wijzen binnen het exploratiegebied om aan goudwinning te doen. Maar, de spanning in het gebied liep op. De regering stuurde een paar dagen na de blokkadeactie extra beveiliging voor bewaking bij IAmGold. De Makamboa goudzoekers kondigden aan dat ze samen met de jongeren uit Nieuw Koffiekamp door zouden gaan met protesteren tegen IAmGold. De opstandige goudzoekers wilden duidelijkheid krijgen over hoe groot exact hun economische zone was en ook eisten zij stopzetting van mijnbouw op Royal Hill.
De secretaris van Makamboa, Jurgen Plein, stak tegenover journalisten zijn ongenoegen over IAmGold niet onder stoelen of banken. ‘Het bedrijf denkt een loopje met ons te nemen. Zij willen ons faciliteren, alleen moeten we daarvoor grote offers brengen dat naar ons vermogen niet te doen is’, aldus Plein. Hij zei verder dat Nieuw Koffiekamp last ondervond van de activiteiten van IAmGold en dat dat volgens de zogenoemde Delfstoffen Overeenkomst 1994 niet zou mogen. Plein: ‘Dit is echter wel het geval. Het hele dorp kan daarover meepraten. Daarom eisen we ook stopzetting van de mijnactiviteiten te Royal Hill.’
(Delfstoffen Overeenkomst 1994: Ruim een jaar nadat het Canadese mijnbouwbedrijf Golden Star zijn intrede had gedaan in Suriname verkreeg het in 1991 rechten op de goudconcessie van onder andere de Gross Rosebel. Hiermee verkreeg het bedrijf het exclusieve recht om onderzoek te verrichten in de 17.000 hectare grote Gross Rosbel concessie. In 1994 werd een Delfstoffen Overeenkomst met de regering gesloten. In 1996 verkreeg Cambior een vijftig procent aandeel in de Gross Rosebel concessie. Het dorpje Nieuw Koffiekamp ligt in het midden van het zuidelijk blok van de concessie. De inwoners zijn echter nooit officieel geïnformeerd of geconsulteerd over de uitgifte van de concessie. Begin 1955 ontstonden de eerste problemen tussen Nieuw Koffiekamp en Golden Star. De inwoners waren niet te spreken over het feit dat zij omsingeld werden door gewapende bewakers en gehinderd werden door veiligheidspersoneel van het bedrijf om werkzaamheden te ontplooien ter voorziening in hun eigen levensonderhoud, waaronder kleinschalige goudwinning. Naast het veiligheidspersoneel van Golden Star waren gewapende politie-eenheden aanwezig. Nieuw Koffiekampers beweerden te worden beschoten door personeel van Golden Star om hen te intimideren en om te verhinderen dat zij in gebieden zouden werken waar Golden Star actief was. De mensenrechtenorganisatie Moiwana ’86 ondersteunde de inwoners van het dorp. Volgens Moiwana ’86 waren Golden Star, Cambior en de Surinaamse regering verantwoordelijk voor overtredingen van tenminste acht bepalingen in het Amerikaanse Verdrag inzake Mensenrechten.)
IAmGold stelde zich op het standpunt dat zij geen geen kleinschalige mijnbouw kon toestaan op de concessie. Gebruik van kwik, onbeperkte ontbossing en het gebruik van waterpompen zijn schadelijk voor het milieu en konden niet worden toegestaan onder de vlag van het Canadese goudmijnbedrijf. De leden van Makamboa bleken zich echter weinig tot niets aan te trekken van alle door IAmGold opgelegde regels en voorwaarden en dergelijke.
Begin februari 2009 drongen ruim honderd goudzoekers zonder toestemming het concessiegebied van Rosebel Gold Mines binnen. Er werd hierbij veel schade aan het milieu toegebracht. Om de ernst van de situatie aan te geven belegde IAmGold zelfs een speciale persconferentie waar de toenmalig algemeen directeur van het bedrijf, Renaud Adams, tekst en uitleg gaf. Het bedrijf had met Makamboa een overeenkomst afgesloten waarin onder andere een voorstel was opgenomen om een entiteit op te richten die als een soort ‘contractor’ in dienst zou zijn van de Canadezen. Maar, die entiteit zou zich dan wel moeten houden aan alle wettelijke vereisten en zich moeten registreren als ondernemer en haar diensten leveren aan IAmGold. Op haar beurt zou IAmGold medewerking verlenen op het terrein, door onder andere zwaar materieel te leveren. Volgens Adams werd het voorstel door Makamboa verwelkomd. De verbazing bij de Canadezen was dan ook groot, toen zij vernamen van het binnendringen van ruim honderd porknokkers in haar concessiegebied. Reden genoeg voor het bedrijf om de onderhandelingen met de porknokkers te beëindigen. Tijdens de persconferentie liet Adams ook weten dat porknokkers niet minder dan zevenhonderd kilo goud in een jaar tijd hadden gedolven. Volgens de IAmGold directeur ontving de Surinaamse staat van die opbrengst geen cent, was een kleine groep rijk geworden en werd de natuur verwoest achtergelaten.
Ernstige ongeregeldheden bij ingang Rosebel Gold Mines
Een paar dagen na de persconferentie werden drie bussen van Leon’s Transport, die arbeiders van de Rosebel Gold Mines vervoerden, vernield door porknokkers uit Nieuw Koffiekamp. Zeven bussen waren 3 februari ’s avonds vanaf de goudmijn vertrokken. Twee reden richting Paramaribo en de andere vijf waren voor een tussenstop aan het pauzeren toen de chauffeurs informatie ontvingen dat een pick-up vol mensen richting de mijn reed om onrust te zaaien. Hierop vertrokken twee chauffeurs met hun bus. De drie bussen die achterbleven werden belaagd door porknokkers. Eén van de bussen werd in brand gestoken en de andere twee verden vernield. De chauffeurs vluchtten het bos in en bleven daar de hele avond. Om orde en rust te brengen werden diverse politie- en militaire eenheden in het gebied gestationeerd. De sfeer was grimmig geworden en er moest zelfs met traangas worden geschoten.
Porknokkers beschoten
Protestacties bereikten donderdagochtend, 5 februari, een dieptepunt. Nadat districtscommissaris Verno Pryor er niet in slaagde betogers zo ver te krijgen opgeworpen wegbarricades te verwijderen, greep de politie in. Met traangas werd getracht de tweehonderd demonstranten uiteen te drijven. Toen dat niet lukte, werden er schoten gelost. In de onrust werden ook enkele voertuigen van IAmGold vernield. Er werd met stenen gegooid en de politiepost te Nieuw Koffiekamp brandde af. Volgens de actievoerders was de post door het leger in brand geschoten en niet in brand gestoken door dorpsbewoners. De politiepost was overigens niet meer in gebruik en stond leeg. Ook werden aantoonbare kogelinslagen gemeld op eigendommen van de gemeenschap.
De opstandige porknokkers kregen op vrijdag 6 februari steun van het uit Brokopondo afkomstige Assembleelid Yvonne Pinas van de Nationale Democratische Partij (NDP). In een reactie liet zij via het Dagblad Suriname weten: ‘Ik sta honderd procent achter de jongens van Nieuw Koffiekamp. Want het kan niet zo zijn dat een regering concessies tekent waar er mensen wonen. De regering wist wat de consequenties zouden zijn. We hebben vaker hierover in het parlement gesproken. Zie daar nou de gevolgen wanneer een regering geen respect opbrengt voor zijn volk. Dit is het gevolg hiervan.’ Zij gaf de ‘Venetiaan 1’-regering volledig de schuld van de gebeurtenissen te Nieuw Koffiekamp. ‘Ik weet dat de NDP vanaf het begin tegen het contract was. Het was reeds toen bekend dat de concessie van Cambior, nu IAmGold, Nieuw Koffiekamp overlapte. Ook werd uit de deal duidelijk dat Suriname en de omliggende dorpen niet beter zouden worden uit de deal. Wijlen granman Daniel Aboikoni, was toen niet erkend en minister Werner Vreedzaam van Regionale Ontwikkeling werd door de president gepasseerd. Zie nu de gevolgen’, aldus Pinas.
Pinas stelde voor dat de regering, IAmGold en het traditioneel gezag uit de dorpen met elkaar zouden gaan onderhandelen over hoe het probleem op te lossen. Ze sprak de vrees uit dat na Nieuw Koffiekamp Sarakreek mogelijk de gevolgen van de werkzaamheden van IAmGold zou kunnen gaan voelen. ‘De regering is van plan om het grondgebied dichtbij Sarakreek in concessie uit te geven aan IAmGold. De mensen hebben gelijk als ze nu al aangeven dat ze het niet gaan pikken’, aldus Pinas. In dezelfde krant sprak porknokker Owen Pryor uit Nieuw Koffiekamp zijn onvrede uit over het optreden van de politie. ‘De politieagenten hebben een mistake gemaakt, niet wij. Ze hebben op ons geschoten, zonder dat we aanleiding gaven. De mensen van Nieuw Koffiekamp hielden een actie en ik was erbij. De reden van de actie is dat wij geen goed verblijf hebben. De situatie is niet goed, doordat we geïsoleerd zijn geworden door het systeem van IAmGold. Ze maken heel veel fouten en liegen ook nog. De leugens van hen zijn ons te veel. De directeur Adams geeft aan dat er geen papieren of overeenkomsten zijn getekend, terwijl we de papieren wel hebben. Ik heb nu een heel grote schuld en ben er bewust van dat ik niet uit zal komen.’
Pryor en collega goudzoeker Jurgen Plein hadden op 5 februari een gesprek met minister met minister Gregory Rusland van Natuurlijke Hulpbronnen. Daarbij waren verder aanwezig de ministers Michel Felisi van Regionale Ontwikkeling, Chandrikapersad Santokhi van Justitie en Politie en de minister van Defensie, Ivan Fernald. Plein maakte in dat gesprek duidelijk dat met de komst van IAmGold er een overeenkomst bereikt was met directeur Renaud Adams van IAmGold Rosebel Gold Mines.
Plein: ‘Nu beweert hij dat er geen overeenkomst is. En blijkt dat het bedrijf zich helemaal niet meer houdt aan de gemaakte afspraken. Het gaat onder andere om bepaalde gebieden waar het bedrijf toestemming verleende om kleinschalige mijnbouwactiviteiten uit te oefenen en er was een bepaald gebied aangewezen, die naar deze kleine mijnen moest leiden. In die overeenkomst stond dat zolang die weg nog niet was, men niet verboden zou worden om via de hoofdingang te lopen. En thans blijkt dat het bedrijf gewoon negeert om dat te doen, aangezien de weg die zij moesten maken nog niet af is.’
‘De securityguards zijn de militairen die in dienst zijn van IAmGold. Die hebben kampen van de porknokkers vernietigd. Verder mishandelen en bedreigen zij de mensen. In het concessiegebied heb je het dorp Nieuw Koffiekamp. Een van de leden van Makamboa werkt ongeveer driehonderd meter verwijderd van het dorp en daar hebben ze kampen vernietigd en geschoten op leden van Makamboa. Daarbij werden autobanden plat geschoten. Voor wat het aantal kampen betreft dat vernield is, kan er niet precies aangegeven worden omdat het op verschillende locaties gebeurt. We hebben geen wapens, dus hebben wij geen aanleiding gegeven om te schieten. Nu weten we ook nog niet of de regering een oplossing zal brengen en of we van de concessies moeten gaan. Maar daarover zullen gesprekken gevoerd worden. De afgelopen dagen zijn drie gewonden gevallen. Twee liggen thans in het ziekenhuis. Een van hen is geraakt is de buikstreek en de ander in een van zijn handen.’
Familieleden van de neergeschoten porknokkers reageerden onthutst op de ongeregeldheden bij de Rosebel goudmijn in de vroege ochtend van 5 februari. Tegenover de Times of Surinames deed een nicht van één van de gewonden haar relaas. ‘Een man in militair tenue heeft op mijn neef geschoten’, aldus de vrouw. De 30-jarige Marciano werd rond vier uur in de ochtend door een kogel geraakt in zijn bovenarm, terwijl een andere porknokker, ‘Dimbo’, een kogel in zijn rug kreeg. Volgens de nicht waren beide mannen net van plan het gebied te verlaten. ‘Terwijl zij naar hun voertuig liepen, schoot een man in militair tenue op hen.’ Volgens haar werkte Marciano al zeker zes jaar in het Brokopondogebied (km106). Hij was niemand tot last en was ook nooit in aanraking gekomen met de politie, aldus de vrouw. Overige familieleden toonden zich verontwaardigd dat geen enkele vertegenwoordiger van de regering een bezoek had gebracht aan de gewonde porknokkers. ‘Pe Brunswijk de now, wi ben stem fu a man toch.’
John Jones, hoofd van de Voorlichtingsdienst van het Korps Politie Suriname, kon niet met zekerheid zeggen wie de schoten had gelost, omdat er ook legereenheden in het gebied waren. Hij wist wel dat zeker één politieagent intimidatieschoten had gelost toen de betogers met stenen begonnen te gooien. Volgens Jones raakte daarbij één politieagent lichtgewond.
Journalist Ivan Cairo van De Ware Tijd wist vrijdagochtend 6 februari te berichten dat de gewonde porknokkers slachtoffers zouden zijn van ‘eigen vuur’. Volgens de journalist zouden de ongelukkige goudzoekers zijn geraakt door kogels van ex-strijders van de verzetsbeweging Angula, die de gelederen van de Nieuw Koffiekampbetogers zouden zijn ‘geïnfiltreerd’. De legereenheid die naar de goudmijn was gedirigeerd, zou alleen ‘intimidatieschoten’ hebben gelost om de demonstrerende porknokkers te verdrijven. De krant beweerde dat ‘door vermoedelijk roekeloos schieten van gewapende actievoerders kameraden zouden zijn geraakt’. Deze versie van het gebeuren werd met klem weersproken door de Nieuw Koffiekamp actievoerders. ‘Den man e ley en dis’ na wan bigi syen gi a regering nanga minister fu Defensie’, aldus de verontwaardigde actievoerder Arsino Libretto in De Ware Tijd. ‘Niemand was met een geweer, un n’e du dati. Er kwam niet één schot van onze kant.’ Ook de bewering dat ex-Angulas zich onder de betogers zouden bevinden, werd met klem naar het land der fabelen verwezen. Libretto zou met eigen ogen hebben gezien hoe militairen op twee porknokkers zouden hebben geschoten. Na de schoten verzamelden hij en anderen kogelhulzen en handgranaten, die niet waren afgegaan, als bewijs. Aan die hulzen zou te zien zijn dat met zware machinegeweren was geschoten. Verschillende porknokkers verklaarden dat door het leger leugens gefabriceerd werden om haar actie te rechtvaardigen.
Ministers en politiek reageren
Op het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen (NH) werd zaterdag 7 februari gesproken over de kwestie IAmGold, maar betrokken partijen kwamen er niet uit. NH-minister Gregory Rusland reageerde met de opmerking dat problemen niet in een dag konden worden opgelost. Bij de bespreking waren aanwezig onderhandelaars districtscommissaris Verno Pryor en Henk Naarendorp van het goudbedrijf Nana Resources en vertegenwoordigers van Makamboa en IAmGold. Ook aanwezig waren de ministers van NH en Regionale Ontwikkeling. Voor de Canadezen bleek het van belang te benadrukken dat zij geen kleinschalige mijnbouw konden toestaan in de concessie. IAmGold was verder van oordeel dat Makamboa een goede administratie van haar leden en activiteiten moet voeren. Rusland uitte weer zijn afkeuring over wat zich in het gebied had afgespeeld.
‘Dit mag nimmer herhaald worden, omdat het niet goed is voor zowel het bedrijf als voor de gemeenschap, maar bovenal ook niet voor Suriname. Je zult je hoofd te allen tijde koel moeten houden en je niet laten lenen voor partijpolarisatieactiviteiten. Er zal gekeken moeten worden wat redelijk en billijk is binnen het kader van wet en recht.’
Natuurlijk kon ook een verklaring van de minister van Defensie niet uitblijven. Minister Ivan Fernald zei op 7 februari niet te weten wie tijdens de actie van goudzoekers had geschoten. ‘Mijn directe rapportage komt rechtstreeks van de legerleiding. En het is zo, dat het onderzoek nog gaande is. Want er worden een hoop beweringen gedaan. In elk geval moet ik ervan uitgaan dat een legereenheid pas daar naartoe gegaan is en bijstand verleend heeft, nadat zaken al aanmerkelijk waren geëscaleerd. Nu zijn er onderzoeken gaande naar wat er precies gebeurd is, hoe het optreden gebeurd is van beide kanten. En na het onderzoek zullen we weten wat waar is.’
Ook minister Chandrikapersad Santokhi kwam met een verklaring. Hij kondigde een onderzoek aan naar ‘eventuele overmatige geweldtoepassing tijdens de schermutselingen op de Brownsweg tussen porknokkers van Nieuw Koffiekamp en gewapende eenheden van het Nationaal Leger en de politie’. De procureur-generaal was al bezig te onderzoeken of leden van Makamboa leden van de gewapende eenheden hadden bekogeld met stenen toen zij de opgeworpen wegblokkade wilden verwijderen. De ministers Fernald en Santokhi maakten ook bekend dat minstens vijf militairen en twee politiefunctionarissen gewond waren geraakt door voorwerpen die door demonstrerende porknokkers zouden zijn gegooid.
Naast de betrokken ministers ging de politiek zich ook roeren. De fractieleiders in De Nationale Assemblee (DNA) kwamen maandag 9 februari in spoedberaad bijeen. De vergadering werd gehouden op verzoek van het Assembleelid Jiwan Sital (A1/PVF). Hij vond de kwestie dermate ‘verontrustend’ dat hij het noodzakelijk vond om een vergadering erover te houden. ‘Wanneer burgers op deze wijze voor hun rechten opkomen, en het leger genoodzaakt is op te treden, dan is er iets zeer ernstigs aan de hand. Het is een heel ernstige situatie en het is niet de eerste dat er een confrontatie is tussen de mensen in het gebied en het bedrijf’, aldus Sital. Volgens de politicus vermeldt de Mijnbouwwet duidelijk dat bij het uitgeven van mijnbouwconcessies rekening dient te worden gehouden met in de omgeving wonende in stamverband levende gemeenschappen. In goed overleg zouden, aldus Sital, het parlement, de regering en belanghebbenden moeten onderzoeken hoe de kwestie van de porknokkers en IAmGold zou moeten worden aangepakt.
Terwijl ministers, betrokken partijen en politici spraken over de incidenten bij IAmGold en te Nieuw Koffiekamp was op 6 februari een onderzoeksteam van het Korps Politie Suriname en de Militaire Politie gestart met een onderzoek naar de ongeregeldheden van twee dagen eerder bij het goudzoekersdorp. Volgens een bericht in De Ware Tijd van 9 februari werden onder andere veertien ‘verdachte patroonhulzen’ en een niet gebruikte molotovcocktail gevonden. ‘Naar verluidt gaat het om patronen die worden gebruikt voor FAL-geweren. Uit legerkringen wordt vernomen dat de militairen die bij de actie waren betrokken, waren uitgerust met AK 47-geweren’, aldus de krant.
Moeizame onderhandelingen Makamboa en IAmGold
De gesprekken tussen IAmGold en Makamboa werden 13 februari hervat in het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen. Overigens was de rust weer teruggekeerd in het gebied. Maar, ook deze gesprekken liepen op niets uit.
Drie dagen na de hervatte besprekingen, werd het toch weer onrustig. Leden van Makamboa dreigden weer in actie te komen, omdat er meer geen doorbraak kwam in de onderhandelingen met het Canadese IAmGold. De goudzoekers konden nog steeds niet aan het werk. Tegenover het Dagblad Suriname verklaarde het Makamboa-lid Kenneth Prijor op 16 februari: ‘Wij hebben honger en kunnen niet zolang werkloos blijven.’
De goudzoekers hadden vernomen dat de directeur van IAmGold, Renaud Adams, tijdens onderhandelingen gezegd zou hebben dat slechts tien van de vijfentwintig porknokkersploegen van Makamboa in het concessiegebied zouden mogen gaan werken. Voor Prijor en de overige goudzoekers was dat niet acceptabel. ‘Wij zullen deze deal niet accepteren. Als maar tien ploegen worden toegelaten, wat gebeurt er dan met de overige vijtfien ploegen’, vroeg Prijor zich af. Reden genoeg voor de ontevreden goudzoekers om te overwegen weer de weg naar de goudconcessie te barricaderen. De ontevreden Makamboa-leden in het dorp wilden geen zaken meer doen met IAmGold en eisten dat de overheid hun de zogenoemde vijf-kilometerzone weer zou teruggeven. Prijor: ‘Het is begrijpelijk, de jongens kunnen al zolang niet aan de slag en hebben geen inkomsten.’ Volgens de goudzoekers voelt iedereen te Nieuw Koffiekamp zich ‘beetgenomen’.
Donderdag 19 februari werd bekend dat IAmGold Makamboa op 16 februari een voorstel zou hebben gepresenteerd. Volgens De Ware Tijd zou Makamboa het voorstel hebben besproken en de uitkomsten daarvan op 19 februari voorleggen aan de minister van Natuurlijke Hulpbronnen. In de tussentijd had directeur Adams van Rosebel Gold Mines een gesprek gehad met niemand minder dan politicus Ronnie Brunswijk in het ministerie van Transport, Communicatie en Toerisme. Brunswijk zou zijn benaderd door Adams vanwege zijn invloed in het gebied. Met dat gesprek wilde Adams slechts duidelijk maken dat IAmGold een vreedzame oplossing voor de problemen wilde. Humbert Robert, voorzitter van Makamboa, liet tegenover de krant weten dat de onderhandelingen met IAmGold, om te komen tot werkplekken voor porknokkers van zijn dorp, de positieve richting op gingen. Maar, de vervolgbesprekingen tussen Makamboa en IAmGold gingen op verzoek van de goudzoekersorganisatie niet door. Volgens een verklaring van de minister van Natuurlijke Hulpbronnen, Gregory Rusland, had Makamboa meer tijd nodig om met de achterban te praten.
IAmGold en de porknokkers van Nieuw Koffiekamp wisten uiteindelijk medio augustus 2009 een tussentijds akkoord te bereiken. Drie weken eerder waren porknokkers weer aan het werk gegaan in een gebied genaamd ‘Siksi’, dat binnen het concessiegebied van IAmGold ligt. Directeur Adams van het bedrijf had jongeren uit het dorp bepaalde locaties aangeboden om naar goud te zoeken. Die locaties zouden de activiteiten van IAmGold niet in de weg staan. Maar, ondanks gemaakte afspraken bleken toch porknokkers werkzaam te zijn in geprojecteerde mijnen van de Canadese multinational. De voorzitter van Makamboa, Humbert Robert, liet via De Ware Tijd van 18 augustus 2009 weten dat ondernemers uit het dorp na het akkoord met IAmGold gingen samenwerken met enkele personen uit Brownsweg. Hierop hebben anderen van buiten het district besloten om het gebied van Gross Rosebel binnen te dringen op zoek naar goud.
Eind augustus leidde onderlinge geschillen tussen porknokkers van Nieuw Koffiekamp en Brownsweg tot de zoveelste problemen en acties. Porknokkers bezetten gedurende een uur de ingang naar het emplacement van IAmGold. Aanleiding voor deze plotselinge actie was dat de goudzoekers van Nieuw Koffiekamp hadden vernomen dat goudzoekers uit Brownsweg tegen betaling van vijfduizend Amerikaanse dollars aan functionarissen van de Rosebel Gold Mines illegaal zouden zijn toegelaten op de Gross Rosebel. De Nieuw Koffiekampers waren van oordeel dat wanneer de concessie van IAmGold verboden gebied voor hen is, dat ook moest gelden voor de porknokkers van Brownsweg. De porknokkers van Nieuw Koffiekamp ontdekten zelfs een gesloten containertruck die met hulp van een beveiligingsman van Rosebel Gold Mines goudverwerkingsmachines van Brownsweg transporteerde naar de concessie. Enige bijval kregen de kleinschalige goudzoekers uit Nieuw Koffiekamp van de districtscommissaris van Brokopondo, Vernon Pryor. ‘Investeerders moeten rekening houden met de plaatselijke gemeenschappen.’
De directeur van Rosebel Gold Mines, Renaud Adams, was de problemen met de porknokkers in het concessiegebied van de mijn ondertussen meer dan zat. Hij organiseerde op donderdag 27 augustus 2009 voor minister Gregory Rusland van Natuurlijke Hulpbronnen en de pers een rondvlucht boven het gebied. Adams stak niet onder stoelen of banken dat hij bereid is om Makamboa te accommoderen, maar alle overige machines zouden van hem absoluut uit het gebied moeten worden verwijderd. Volgens Adams brachten de grootschalige illegale activiteiten in het concessiegebied de voortgang van de RGM-operatie in gevaar, maar ook de inkomsten voor de staat en de gezondheid van de dorpsbewoners. Hij benadrukte dat met de schade die aan het milieu werd aangericht ook de zoetwaterbronnen van Nieuw Koffiekamp aangetast werden. Tegen de afspraken in waren porknokkers toch te dichtbij de mijnen van IAmGold gekomen en daar werd gewerkt met zwaar materieel èn dynamiet. Adams maakte de minister en de journalisten duidelijk dat het bedrijf de porknokkers een permanente baan had aangeboden, maar dat aanbod werd afgewezen. De bemiddelaars, onder wie Henk Naarendorp, kwamen met het voorstel om een onafhankelijke buitenlandse deskundige aan te trekken voor de onderhandelingen tussen Makamboa en IAmGold casu quo Rosebel Gold Mines. Rusland erkende dat de regering verzuimd had bij de uitgifte van de 17.000 hectare concessie begin van de jaren negentig van de twintigste eeuw dwingende afspraken te maken met multinationals over de positie van lokale gemeenschappen. Owen Prijor van Makamboa hield vol dat buitenstaanders medewerkers van RGM zouden omkopen om te kunnen werken op Gross Rosebel en die gewoon via de hoofdpoort van het bedrijf werden binnen gebracht. Volgens Prijor moesten de goudzoekers van Nieuw Koffiekamp zich daarentegen rustig houden met minder winstgevende gebieden en wachten op een structurele oplossing van de overheid.
Op 29 december 2009 luidde de directie van Rosebel Gold Mines (RGM) de alarmbel. Volgens de directie bevonden zich vrouwen en kinderen op de illegale goudvelden van haar concessie. Er zouden zich daar zelfs stedelingen en bewoners uit andere dorpen in het district Brokopondo met hele families bevinden. Ook zou het aantal illegale goudzoekers zijn verdubbeld. In augustus 2009 waren dat er nog ongeveer vierhonderd. De minister van Natuurlijke Hulpbronnen, Gregory Rusland, reageerde op de noodkreet van RGM in De Ware Tijd van 5 januari 2010. Hij erkende dat het treffen van structurele maatregelen voor het vrijmaken van de concessie nu meer dan voorheen noodzakelijk was geworden. De Canadezen hadden eerder al duidelijk gemaakt dat het vanwege gezondheids- en veiligheidsredenen niet verantwoord was om grote groepen mensen dichtbij hun operaties te hebben. Rusland vermoedde dat de steeds maar stijgende goudprijs een zeer grote aantrekkingskracht uitoefende op ‘gelukszoekers’. De bewindsman legde tegenover de krant uit dat de directie van Rosebel Gold Mines een gedoogbeleid voerde, maar haar verdraagzaamheid wilde beperken tot ondernemers uit het nabijgelegen dorp Nieuw Koffiekamp, dat binnen de concessie ligt. Met de RGM-directie en met de ministeries van Defensie en Justitie en Politie zou Rusland om de tafel gaan zitten om afspraken te maken hoe de concessie te beveiligen. De staat heeft namelijk de plicht om het concessierecht van de multinational te beschermen, hoewel zij ook rekening moest houden met de belangen van de lokale bevolking. Overigens bleken de districtscommissaris Verno Prijor noch kapitein Ludwich Wijnerman van Nieuw Koffiekamp op de hoogte te zijn van de veranderde situatie op de Gross Rosebel. Prijor verklaarde in commissieverband samen met de mediators Henk Naarendorp, Chris Healy en Richenne Libretto gezocht zou worden naar een oplossing voor de problematiek rond de goudconcessie.
Een paar weken later werd echter bekend gemaakt dat IAmGold en de Surinaamse regering door zouden gaan met ontruimingen te Gross Rosebel. Een civiele rechtszaak in behandeling bij het Hof van Justitie voor een forse schadevergoeding wegens gepleegde vernielingen, zou de actie niet stoppen, aldus berichtte De Ware Tijd in haar editie van 1 februari 2010. Uit onderzoeksgebied van IAmGold’s dochtermaatschappij Rosebel Gold Mines werden de illegale goudzoekers uit omliggende dorpen verwijderd. Die groep bleef in aantal maar aanzwellen en volgens districtscommissaris Verno Prijor was ordening dringend noodzakelijk. Prijor beweerde dat er geen spanningen bestonden tussen de bewoners in het district Brokopondo, personen en bedrijven die zij ervaren als indringers, zoals Brazilianen, stedelingen en de Canadezen. Volgens de districtscommissaris heerste in het Siksigebied, ongeveer vijf kilometer verwijderd van Nieuw Koffiekamp, een complete chaos. Dat gebied moest dan ook volledig ontruimd worden om de rust en veiligheid in het gebied te garanderen. Braziliaanse garimpeiros waren vooral actief rond Brownsberg en langs de Sneysi-pasi, de weg die leidt naar de Kleine Saramaccarivier in het Matawaigebied. Ondertussen was de goudzoekersorganisatie van Brownsweg, N.V. Gowtuman ’94, in hoger beroep gegaan tegen de uitspraak van de Kort Geding rechter. De rechter had de porknokkers niet ontvankelijk verklaard in hun vordering van ruim 375.000 Surinaamse dollar en het respecteren van een overeenkomst getekend met RGM en de Mijnbouwwet van Suriname. Die schade was het gevolg van de vernietiging van eigendommen in goudkampen die in het onderzoeksgebied van RGM stonden. Volgens de gouddelvers kon RGM geen eigendomsrechten ontlenen aan een exploratievergunning. De directie van Rosebel Gold Mines zou dan ook onbevoegd zijn geweest om hardhandig op te treden. Te Brownsweg wonen in een concentratie van acht dorpen ongeveer 3.500 mensen. Met omliggende dorpen en kampen, zoals Klaaskreek, Marchallkreek, Alasabaka, Ballinsoela, Asigron, Dreypada en Compagniekreek komt dit aantal op brond de 5.500 bewoners, aldus berichtte De Ware Tijd op 5 februari 2010.
Ondanks alle goede bedoelingen, gesprekken, interventie door zogenoemde mediators en een geplande verwijdering van goudzoekers uit het concessiegebied van Rosebeld Gold Mines van IAmGold, kwam het 17 februari 2010 tot een treffen tussen porknokkers uit Nieuw Koffiekamp en uit Brownsweg in het Siksigebied. Porknokkers van Nieuw Koffiekamp mishandelden tientallen goudzoekers uit Brownsweg. De Nieuw Koffiekampers zouden volgens mediaberichten met onder andere jachtgeweren, stokken en houwers de leden van Makamboa, ongeveer zeventig man, te lijf zijn gegaan. Eén van de kranten meldde zelfs dat een goudzoeker ‘door op tijd achter een auto te springen’ kon ‘voorkomen dat zijn hoofd werd afgehakt’. Uiteindelijk moesten drie zwaargewonden vervoerd worden naar een ziekenhuis in Paramaribo. De Makamboa-porknokkers claimden het gebied als hun eigen zogenoemde economische zone. Deze groep goudzoekers wenste geen aanwezigheid van collega’s van Brownsweg, ondanks dat zij ervoor betaling ontvingen: tien procent van hun productie moest aan Makamboa worden betaald. Natuurlijk kon de actie van de Nieuw Koffiekampers niet zonder gevolgen blijven. Hun werd de toegang tot Brownsweg voor korte tijd ontzegd.
Problemen in Kraboedoingebied
Porknokkers van Brownsweg waren overigens zeer succesvol in het Kraboedoingebied. Zo’n driehonderd goudzoekers waren in het gebied actief. Maar, ook daar werd het onrustig. Volgens enkele Matuariërs was dat gebied hun historisch cultureel erfgoed. Midden april 2010 was het gebied ontruimd door eenheden van het leger en de politie. Van de autoriteiten kregen de lokale bewoners te horen dat zij op een legale manier aan rechten op de grond moesten zien te komen, voordat zij op Kraboedoin konden gaan werken. Terwijl de jongeren en dignitarissen zich inzetten om een organisatie op te zetten, trokken tientallen lokale porknokkers alsnog naar het gebied. Uiteindelijk kon de Stichting Ahala in Brownsweg worden opgericht, een vertegenwoordiging van jongeren en de Organisatie van Brownsweg Dignitarissen. De nieuwe organisatie overhandigde een lijst met de namen van drieëntwintig porknokkers van Brownsweg aan de politie die gedoogd zouden kunnen worden. Volgens een bericht in De Ware Tijd begin juni 2010 zouden ook kapitaalkrachtige ondernemers en politici uit Paramaribo hun ‘gretige ogen richten op Kraboedoin’, waarop IAmGold een exploratievergunning had. Van dorpelingen vernam de krant dat ook Matuariërs wilden profiteren van de goudvoorraden in het gebied. Brownsweg en nabijgelegen dorpen zoals Nieuw Koffiekamp zitten in het cultureel gebied van de Matawai die via de Snesi pasi - zijweg van de Weg naar Atjoni - de leefgemeenschappen en ook goudrijke goudvelden aan de Boven-Saramaccarivier konden bereiken. Volgens ingewijden was er een akkoord tussen granmans van beide stammen getekend, waarin de Saramaccaanse dorpen in Brokopondo werden gedoogd in de Matawaizone. Maar toenmalig minister Michel Felisi van Regionale Ontwikkeling zei niets af te weten van een overeenkomst tussen de stamhoofden. Ook wist hij niet hoe de grens liep tussen het zogenoemde Matawai- en Saramaccaansgebied.
Ruim anderhalve maand later vroeg het groot-opperhoofd van de Saramaccaners, Belfon Aboikoni, Rosebel Gold Mines het beheer over Kraboedoin aan hem over te dragen. De woordvoerder van de granman, Freddy Aboikoni, die dit wereldkundig maakte, verklaarde zelf bij het gesprek met de RGM-directie begin juli aanwezig te zijn geweest. De Canadezen zouden het verzoek van het stamhoofd hebben ingewilligd, onder voorwaarde dat deze zijn onderdanen aanmaande zich terug te trekken wanneer de multinational haar mijnactiviteiten naar Kraboedoin zou verplaatsen. De bereidwillige medewerking van RGM zou zijn bevestigd door het stamhoofd een atv en skidder toe te zeggen. Die atv was al opgehaald en bedoeld om de tientallen gouddelvers op Kraboedoin onder controle te houden. Freddy Aboikoni beweerde dat de granman met zijn onderdanen overlegd had gervoerd op Kraboedoin in gezelschap van de ondernemer Richard Lowes. Aan hen werd voorgehouden dat het stamhoofd een houtkapvergunning bezat dat een groot deel van Kraboedoin zou beslaan. Maar, door eerst aan goudwinning te doen, werden de commerciële houtsoorten vernietigd. Aboikoni wist dat porknokkers illegaal gezaagd hout verhandelden. Ook wist hij dat het dorpsbestuur van Brownsweg onrechtmatig handelde ‘op zijn terrein’, omdat zij geen mijnbouwrecht hadden verkregen over Kraboedoin. Bij de ontmoeting van de granman met de RGM-directeur waren naast werknemers van het bedrijf ook aanwezig een kapitein van het dorp Dan aan de Boven-Suriname en twee basiya's uit Asindohopo.
Met de komst in augustus 2010 van Desi Bouterse als de nieuwe president van het land, zag meteen de toekomst in de ogen van de goudzoekers van Nieuw Koffiekamp er rooskleurig uit. Zij hadden hoge verwachtingen van Bouterse, die diverse malen had verkondigd dat de natuurlijke hulpbronnen ten goede moesten komen van Surinamers. Porknokker Jurgen Plein was ervan overtuigd dat de nieuwe regering de problemen waarmee de bewoners van Nieuw Koffiekamp te maken hadden, zou helpen oplossen.
'Wij moeten ook een bestaan kunnen opbouwen. De kleinmijnbouwers mijnen tot ongeveer 3 meter diepte in het gebied waar IAmGold actief is. Het bedrijf mijnt in de diepte. Wij aan de oppervlakte. Wij moeten de gelegenheid krijgen om economische activiteiten te ontplooien, want wij komen niet aan de belangen van IAmGold’, aldus Plein tegenover Starnieuws op 10 augustus 2010. Hij wees erop dat er steeds schermutselingen waren, terwijl er goede afspraken gemaakt konden worden. Volgens Plein had hij al drie jaren lang geprobeerd om alles te regelen.
‘Maar wij zijn vaak aan het lijntje gehouden door de vorige regering. Ik denk dat we nu onze belangen beter kunnen behartigen.Het is zwaar werk en wij moeten ook geld lenen om equipement te kunnen kopen.’ Hij zei verder dan wanneer er een put gegraven wordt, tien personen ongeveer twee weken kunnen werken om goud te mijnen. Hiervoor zijn naast de equipement dertig vaten diesel nodig, wat neerkomt op ongeveer 20.000 Surinaamse dollars. In zo een put wordt gemiddeld anderhalve kilo goud gemijnd met een geschatte waarde van 130.000 Surinaamse dollars. ‘Uit dit geld moet alles worden bekostigd en iedereen moet worden betaald. Wij kunnen met dit werk een bestaan opbouwen. Maar wij moeten ongestoord ons werk kunnen doen. Wij geloven erin dat er nu ordening kan komen in de sector’, aldus een positieve Plein op 10 augustus 2010 tegenover Starnieuws.
Een week later ging het echter alweer mis het het Kraboedoingebied. Een groep van ongeveer vijfentwintig garimpeiros zou het gebied zijn binnengedrongen. De goudzoekers zouden door een bekende gouddelver uit Brownsweg tegen betaling het gebied in zijn geloodst. Natuurlijk leidde dit tot protesten, vooral vanuit de jongerenorganisatie Stichting Ahala in de gemeenschap. De jongeren wilden geen Braziliaanse goudzoekers op de goudvelden bij hun in de buurt en informeerden de politie. Overigens hadden lokale porknokkers van Brownsweg, zie zonder vereiste wettelijke documenten aan het werk waren in het Kraboedoingebied, via Ahala een concessieaanvraag ingediend bij de Geologische Mijnbouwkundige Dienst (GMD). Daarnaast hadden, aldus een bericht in De Ware Tijd van 17 augustus 2010, ook de dignitarissen van Brownsweg verenigd in de Organisatie voor Dignitarissen Brownsweg (OBD) en de ondernemer Karl Donoe een aanvraag voor Kraboedoin lopen bij GMD. In OBD zijn alle gezagdragers van de acht dorpen van Brownsweg vertegenwoordigd.
Naast de onderlinge problemen tussen de verschillende groepen kleinschalige goudzoekers in de gebieden Siksi en Kraboedoin in het district Brokopondo, kregen zij allen in september 2010 ook nog eens te maken met een tekort aan water dat de goudwinning bemoeilijkte. Volgens De Ware Tijd van 14 september moest te Kraboedoin water van een verafgelegen kreek honderden meters naar de berg worden gepompt. Toch was dat onvoldoende om de vijftien machines van water te voorzien. Iedere machine heeft gemiddeld vijfduizend liter water per dag nodig. Door het tekort aan water kwamen ook de hygiëne op de goudvelden in gevaar en dat terwijl er, door de schoolvakanties, veel jongeren en vrouwen te vinden waren. De voorzitter van de Makamboa jongerenorganisatie, Owen Prijor, liet weten dat dertig paar machines stonden geregistreerd in het gedoogd gebied dat door IAmGold was toegewezen te Gross Rosebel. Hij wist ook te vertellen dat in de praktijk zo’n vijftig goudmachines actief waren. Te Siksi was de situatie zelfs nijpend. Vrijwel alle machines lagen stil vanwege een tekort aan water en defecte machines. Dammen werden gebouwd om het water vast te houden voor hergebruik. Maar, goudzoekers laten zich niet zo snel uit het veld slaan. Het waterprobleem was voor hun van korte duur.
Wat zij toen nog niet konden bevroeden was dat de er de volgende maand, oktober, eindelijk licht in de tunnel kwam van alle problemen met IAmGold. Het dochterbedrijf Rosebel Gold Mines N.V. gaf op zaterdag 16 oktober 2010 de porknokkers van Brownsweg die verenigd waren in de jongerenorganisatie Ahala, toestemming om te blijven werken in het Kraboedoingebied. Ahala, vertegenwoordigers van RGM, districtscommissaris Verno Prijor en Herman Pansa van de Geologische Mijnbouwkundige Dienst hadden tijdens een vergadering op de goudvelden van Kraboedoin afgesproken dat de porknokkers zich zouden houden aan de veiligheids- en milieustandaarden van het Canadese bedrijf. Overigens werd door RGM wel benadrukt dat het Kraboedoin Gebergte, op het Greenstone plateau, aan haar in exploratie was afgestaan door de Surinaamse staat. Wanneer het bedrijf de regio voor activiteiten nodig zou hebben, dan moeten de porknokkers dat zonder protesta Granman Belfon Aboikoni werd buitenspel geplaatst, omdat RGM Ahala als gesprekspartner had geaccepteerd. Het was algemeen bekend dat ook het Groot-Opperhoofd der Saramaccaners belangstelling had voor het goudrijke gebied. hele coördinatie van Kraboedoin aangedrongen. Na de gemaakte afspraken moesten nog wel een aantal maatregelen worden getroffen om de illegale goudzoekers juridisch legaal te maken door hen van een concessie te voorzien en verder moesten ook nog andere faciliteiten worden gecreëerd, zoals kredietmogelijkheden.
Na oktober werd het relatief rustig op de goudvelden. Het jaar 2011 werd het jaar van de presidentiële Commissie Ordening Goudsector. Een jaar waarin diverse goudvelden werden ontruimd en er enige ordening werd gecreëerd.
Maandenlange relatieve stilte eind juni 2012 verstoord
Na een periode van maandenlange ogenschijnlijke rust in het gebied rond Nieuw Koffiekamp, kwam aan die rust plotseling abrupt een einde toen bleek dat eind juni 2012 een groep garimpeiros aan het werk was langs de weg naar het dorp. Een bron meldde de krant de Suriname Times ‘wat die mannen daar doen in het gebied is niet mooi’. Volgens die bron waren de goudzoekers meters diepe kraters tot aan de rand van de weg aan het graven. ‘Alsof dat niet genoeg is, graven zij ook rondom de elektriciteitsmasten. Als je foto’s wilt schieten wordt je ook nog met de dood bedreigd’, zo liet de bron de krant weten.
Een team van de Commissie Ordening Goudsector was echter al naar het gebied gegaan – een dag voor publicatie in de Times of Suriname op 29 juni 2012 - om de illegale goudzoekers te verwijderen. Het ging volgens de commissie om een groep jongeren die zich uit ontevredenheid gesplitst had van de groep Makamboa. Zij hielden zich niet aan de regels en de gemaakte afspraken. ‘Ze gaan gewoon aan de slag’, aldus Gerold Dompig van de Commissie Ordening Goudsector. Hij verklaarde tegenover de krant niet meer met de commissie te zullen onderhandelingen met die jongeren, maar met het bevoegde dorpsgezag.
In de derde week van juli bleken nog steeds jonge Makamboa-porknokkers uit Nieuw Koffiekamp goud te zoeken langs de weg naar hun dorp. Een zeer gevaarlijke bezigheid, aldus Gerold Dompig van de Commissie Ordening Goudsector in de Times of Suriname van maandag 22 juli. Hij sprak ook ‘dreigende’ woorden: ‘Don’t mistake my kindnes by weakness.' De porknokkers werken ’s nachts in mijngebied van IAmGold. Dompig: ‘De jongens beseffen niet eens wat ze doen, gezien de zware powerlines die daar lopen. Indien het zo blijft doorgaan, zullen harde maatregelen komen tegen deze groep.’
De groep houdt zich niet meer aan afgesproken regels en gemaakte afspraken. Tijdens de presentatie van de jaarcijfers 2011 van de Rosebel op 27 juli 2012 in hotel Torarica te Paramaribo werd bekend dat nog slechts zestig illegale porknokkers in het concessiegebied van de mijn actief zijn. Dat aantal werd in de eerste helft van 2011 nog geschat op tussen de zes- en zevenhonderd. In samenwerking met overheidsinstanties en de goudzoekersvereniging Makamboa probeert Rosebel Goldmines ook deze laatste porknokkers uit het gebied weg te krijgen.
IAmGold bezorgd over veiligheid porknokkers
Half november 2012 liet IAmGold weten zich nog steeds zorgen te maken over de veiligheid van kleinschalige goudzoekers in haar concessiegebied, vooral in de buurt van de Rosebel goudmijn. De bezorgdheid werd geuit tijdens een bezoek van journalisten aan de goudmijn op uitnodiging van het Canadese bedrijf.
Volgens het bedrijf waren in juli 2012 60 goudzoekers actief in haar concessiegeboed. Dat waren er in 2011 nog tussen de 600 tot 700. Half november zouden er nog 144 porknokkers actief zijn en zouden er twaalf illegale kampen in het Rosebel concessiegebied zijn, zo liet Sharmila Jadnanansing, ‘Director Legal & Corporate Affairs’ van Rosebel Gold Mines NV weten.
De porknokkers nemen het niet nauw met de veiligheidsvoorschriften van de maatschappij en brengen hun eigen veiligheid telkenmale in gevaar. Porknokkers die zich onopgemerkt in het exploratiegebied bevinden lopen veel gevaar op, aldus IAmGold. De kleinschalige goud-zoekers schromen niet om tijdens hun zoektocht goud heel dichtbij de Rosebel te komen, omdat ze weten dat de goudvoorkomens daar relatief hoog zijn. Het gevaar schuilt behalve in het risico van afkalving van mijnen ook in het mogelijk contact met het zwaar materieel dat door de maatschappij aldaar wordt ingezet. De overheid en de leiding van de maatschappij zijn al enige tijd bezig met onderhandelingen over het vraagstuk rond de ‘lastige’ porknokkers die overal opduiken, maar zich dan zodanig gedekt houden dat de IAmGold-werknemers ze niet meteen kunnen zien, zo berichtte de avondkrant De West vrijdag 16 november 2012.
Volgens Jerry Finisie, hoofd van de afdeling Security van Rosebel, nemen de porknokkers vooral ’s nachts de kans om hun slag te slaan. De mannen gaan in het donker, volledig in het zwart gekleed en met licht gereedschap. ‘Het is duidelijk een kat-en-muisspel’, aldus Finisie in gesprek met de Times of Suriname van 19 november. De krant sprak met een van de goudzoekers, Theo. Hij verklaarde zich ervan bewust te zijn dat hij illegaal bezig is. Hij gaf aan toestemming te hebben van de leiding van Rosebel Gold Mines NV, vandaar dat niets hem kon tegenhouden. Het kamp van Theo lag amper honderd meter verwijderd van de ‘blastingzones’., waar IAmGold met explosieven werkt. Volgens hem zal hij tot eind 2012 mijnen op de plek waar hij bezig was. Daarna zouhij naar een andere locatie gaan uitkijken. Op de vraag over de kraters die er worden achtergelaten, antwoordde de porknokker: ‘Ja den man fu Cambior sa tap in gi unu.’
Door: Paul Kraaijer
Wat zij toen nog niet konden bevroeden was dat de er de volgende maand, oktober, eindelijk licht in de tunnel kwam van alle problemen met IAmGold. Het dochterbedrijf Rosebel Gold Mines N.V. gaf op zaterdag 16 oktober 2010 de porknokkers van Brownsweg die verenigd waren in de jongerenorganisatie Ahala, toestemming om te blijven werken in het Kraboedoingebied. Ahala, vertegenwoordigers van RGM, districtscommissaris Verno Prijor en Herman Pansa van de Geologische Mijnbouwkundige Dienst hadden tijdens een vergadering op de goudvelden van Kraboedoin afgesproken dat de porknokkers zich zouden houden aan de veiligheids- en milieustandaarden van het Canadese bedrijf. Overigens werd door RGM wel benadrukt dat het Kraboedoin Gebergte, op het Greenstone plateau, aan haar in exploratie was afgestaan door de Surinaamse staat. Wanneer het bedrijf de regio voor activiteiten nodig zou hebben, dan moeten de porknokkers dat zonder protesta Granman Belfon Aboikoni werd buitenspel geplaatst, omdat RGM Ahala als gesprekspartner had geaccepteerd. Het was algemeen bekend dat ook het Groot-Opperhoofd der Saramaccaners belangstelling had voor het goudrijke gebied. hele coördinatie van Kraboedoin aangedrongen. Na de gemaakte afspraken moesten nog wel een aantal maatregelen worden getroffen om de illegale goudzoekers juridisch legaal te maken door hen van een concessie te voorzien en verder moesten ook nog andere faciliteiten worden gecreëerd, zoals kredietmogelijkheden.
Na oktober werd het relatief rustig op de goudvelden. Het jaar 2011 werd het jaar van de presidentiële Commissie Ordening Goudsector. Een jaar waarin diverse goudvelden werden ontruimd en er enige ordening werd gecreëerd.
Maandenlange relatieve stilte eind juni 2012 verstoord
Na een periode van maandenlange ogenschijnlijke rust in het gebied rond Nieuw Koffiekamp, kwam aan die rust plotseling abrupt een einde toen bleek dat eind juni 2012 een groep garimpeiros aan het werk was langs de weg naar het dorp. Een bron meldde de krant de Suriname Times ‘wat die mannen daar doen in het gebied is niet mooi’. Volgens die bron waren de goudzoekers meters diepe kraters tot aan de rand van de weg aan het graven. ‘Alsof dat niet genoeg is, graven zij ook rondom de elektriciteitsmasten. Als je foto’s wilt schieten wordt je ook nog met de dood bedreigd’, zo liet de bron de krant weten.
Een team van de Commissie Ordening Goudsector was echter al naar het gebied gegaan – een dag voor publicatie in de Times of Suriname op 29 juni 2012 - om de illegale goudzoekers te verwijderen. Het ging volgens de commissie om een groep jongeren die zich uit ontevredenheid gesplitst had van de groep Makamboa. Zij hielden zich niet aan de regels en de gemaakte afspraken. ‘Ze gaan gewoon aan de slag’, aldus Gerold Dompig van de Commissie Ordening Goudsector. Hij verklaarde tegenover de krant niet meer met de commissie te zullen onderhandelingen met die jongeren, maar met het bevoegde dorpsgezag.
In de derde week van juli bleken nog steeds jonge Makamboa-porknokkers uit Nieuw Koffiekamp goud te zoeken langs de weg naar hun dorp. Een zeer gevaarlijke bezigheid, aldus Gerold Dompig van de Commissie Ordening Goudsector in de Times of Suriname van maandag 22 juli. Hij sprak ook ‘dreigende’ woorden: ‘Don’t mistake my kindnes by weakness.' De porknokkers werken ’s nachts in mijngebied van IAmGold. Dompig: ‘De jongens beseffen niet eens wat ze doen, gezien de zware powerlines die daar lopen. Indien het zo blijft doorgaan, zullen harde maatregelen komen tegen deze groep.’
De groep houdt zich niet meer aan afgesproken regels en gemaakte afspraken. Tijdens de presentatie van de jaarcijfers 2011 van de Rosebel op 27 juli 2012 in hotel Torarica te Paramaribo werd bekend dat nog slechts zestig illegale porknokkers in het concessiegebied van de mijn actief zijn. Dat aantal werd in de eerste helft van 2011 nog geschat op tussen de zes- en zevenhonderd. In samenwerking met overheidsinstanties en de goudzoekersvereniging Makamboa probeert Rosebel Goldmines ook deze laatste porknokkers uit het gebied weg te krijgen.
IAmGold bezorgd over veiligheid porknokkers
Half november 2012 liet IAmGold weten zich nog steeds zorgen te maken over de veiligheid van kleinschalige goudzoekers in haar concessiegebied, vooral in de buurt van de Rosebel goudmijn. De bezorgdheid werd geuit tijdens een bezoek van journalisten aan de goudmijn op uitnodiging van het Canadese bedrijf.
Volgens het bedrijf waren in juli 2012 60 goudzoekers actief in haar concessiegeboed. Dat waren er in 2011 nog tussen de 600 tot 700. Half november zouden er nog 144 porknokkers actief zijn en zouden er twaalf illegale kampen in het Rosebel concessiegebied zijn, zo liet Sharmila Jadnanansing, ‘Director Legal & Corporate Affairs’ van Rosebel Gold Mines NV weten.
De porknokkers nemen het niet nauw met de veiligheidsvoorschriften van de maatschappij en brengen hun eigen veiligheid telkenmale in gevaar. Porknokkers die zich onopgemerkt in het exploratiegebied bevinden lopen veel gevaar op, aldus IAmGold. De kleinschalige goud-zoekers schromen niet om tijdens hun zoektocht goud heel dichtbij de Rosebel te komen, omdat ze weten dat de goudvoorkomens daar relatief hoog zijn. Het gevaar schuilt behalve in het risico van afkalving van mijnen ook in het mogelijk contact met het zwaar materieel dat door de maatschappij aldaar wordt ingezet. De overheid en de leiding van de maatschappij zijn al enige tijd bezig met onderhandelingen over het vraagstuk rond de ‘lastige’ porknokkers die overal opduiken, maar zich dan zodanig gedekt houden dat de IAmGold-werknemers ze niet meteen kunnen zien, zo berichtte de avondkrant De West vrijdag 16 november 2012.
Volgens Jerry Finisie, hoofd van de afdeling Security van Rosebel, nemen de porknokkers vooral ’s nachts de kans om hun slag te slaan. De mannen gaan in het donker, volledig in het zwart gekleed en met licht gereedschap. ‘Het is duidelijk een kat-en-muisspel’, aldus Finisie in gesprek met de Times of Suriname van 19 november. De krant sprak met een van de goudzoekers, Theo. Hij verklaarde zich ervan bewust te zijn dat hij illegaal bezig is. Hij gaf aan toestemming te hebben van de leiding van Rosebel Gold Mines NV, vandaar dat niets hem kon tegenhouden. Het kamp van Theo lag amper honderd meter verwijderd van de ‘blastingzones’., waar IAmGold met explosieven werkt. Volgens hem zal hij tot eind 2012 mijnen op de plek waar hij bezig was. Daarna zouhij naar een andere locatie gaan uitkijken. Op de vraag over de kraters die er worden achtergelaten, antwoordde de porknokker: ‘Ja den man fu Cambior sa tap in gi unu.’
Door: Paul Kraaijer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten